Fotograferen is voor mij niet alleen het indrukken van een knopje. Het betekent voor mij volkomen inleven in de persoon die ik fotografeer, zegt Godfried de Groot. ‘Alleen daardoor krijg je een portret van de persoon, zoals hij of zij zichzelf graag ziet. 

In de jaren twintig en dertig is Godfried de Groot een van de meest toonaangevende portretfotografen van Nederland. In die periode krijgt hij ook veel bekende artiesten voor zijn lens. Het levert een unieke reeks op, waarbij De Groot zich laat inspireren door de glamourfoto’s uit Hollywood en van de Duitse filmsterren.

Fien de la Mar

We bezoeken Godfried in zijn atelier aan de Jan Luykenstraat in Amsterdam. In de etalage prijken de foto’s van een aantal bekende sterren. We zien Louis Davids bijvoorbeeld. En Fien de la Mar. Zelfs een portret van koningin Wilhelmina. De fotograaf is inmiddels zo beroemd, dat zelfs de koningin zich onlangs door hem liet portretteren, ter gelegenheid van haar veertigjarige jubileum als staatshoofd. 

Een huisknecht doet open en via de modern ingerichte winkel leidt hij ons op de trap naar boven. De wand hangt vol met waardevol antiek en ingelijste portretten van nog meer sterren. In de dromerige stijl die zo kenmerkend is voor de fotograaf. Zo bereiken we het heiligdom: het atelier van de kunstenaar. 

Daar ontmoeten we Godfried, een slanke en sierlijke man met fijne trekken. Voor de zwarte wand staat een aantal blokken en een kwartcirkelvormige verhoging, die hem helpen zijn cliënten in de juiste en losse pose te krijgen. Hij maakt gebruik van kunstlicht om de juiste, wat melancholieke sfeer te scheppen. De ogen van de kunstenaar zien de mensen op hun mooist. ‘Ik zie altijd het goede in de mens’, bevestigt hij ons.

Ik kan niets normaal meer zien

Godfried de Groot

De Groot is geboren in Den Helder en begint al op zijn zestiende met fotograferen. Hij trekt naar Amsterdam en wordt leerling van de bekende fotograaf Frits Geveke, die hem in contact brengt met allerlei artiesten. Vanaf 1922 gaat hij als zelfstandig fotograaf aan de slag. eerst nog op zolder bij moeder en zuster, vanaf 1928 beschikt hij over zijn  eigen atelier aan de Jan Luykenstraat. Inmiddels is hij al een bekende fotograaf en de grootste concurrent van die andere grootheid, Jacob Merkelbach. 

Zelfportretten, verschenen in het tijdschrift Cinema en Theater.

De Groot zou je een vakidioot kunnen noemen, in positieve zin dan. Hij is er dag en nacht mee bezig. ‘Ik zie alles fotografisch: handen, voeten, gebaar, omgeving. Ik kan niets normaal meer zien. Of juist wel.’Hij heeft zich toegelegd op portretten. Ik doe geen journalistiek. Ik kan niet jakkeren. Ik moet rust hebben. En tijd.’

Een portret maken neemt inderdaad de nodige tijd in beslag, want De Groot stelt zijn cliënten graag op hun gemak. ‘Vooral vrouwen zijn vaak gespannen als ze bij me komen. Maar ik voel ze goed aan. Ik maak een opmerking over hun armband of collier en dit schept meteen een betere sfeer. Ik heb vertrouwen nodig. Ze moet zich overgeven aan mij, zoals een patiënt aan een dokter.’

De Groot behandelt de dames als koninginnen. Hij maakt complimentjes, geeft ze het gevoel dat ze prachtig zijn en kan tijdens het fotograferen volledig in vervoering raken. ‘Ik maak foto’s die een vrouw aan haar man kan geven. Ik fotografeer vrouwen misschien wel iets mooier dan zij in werkelijkheid zijn. Maar, naar ik hoop, toch ongekunsteld. Ik fotografeer met m’n hart en, net als een psychiater, ben ik misschien wel even verliefd op die vrouw als zij voor mijn lens staat. Een portret moet warmte uitstralen en mag nooit meedogenloos zijn.’

Daarbij is De Groot ook een perfectionist, hij neemt geen genoegen met minder. ‘Als het een enkele keer niet lukt, gooi ik de afdruk weg en vraag ik de persoon terug te komen’, zegt hij resoluut. 

Cinema en Theater

Daar hangt wel een prijskaartje aan. Een foto maken bij De Groot is niet voor iedereen weggelegd. Het verhaal gaat dat bekende artiesten gratis op de foto mogen, op voorwaarde dat hij de foto voor marketingdoeleinden mag gebruiken. Zo publiceert hij zijn foto’s in magazines als Cinema en Theater en maakt hij gebruik van diverse etalages in de stad.

De afgelopen jaren heeft De Groot een uniek oeuvre opgebouwd, met naar schatting tienduizenden foto’s. ‘De essentie is dat je in dit vak van mensen moet houden’, besluit hij. ‘Ik fotografeer met mijn hart. Er zijn alleen maar mooie mensen. Hoe lelijk ze ook zijn.’

Lees ook:

Bronnen: Krantenarchief Delpher, Hans Rooseboom/Universiteit Leiden – Depth of field/Godfried de Groot, Collectie TheaterSentiment

Foto’s: collectie TheaterSentiment/Godfried de Groot. Titelfoto: Jopie Koopman