Een eeuw verschil, maar veel gemeen
Omdat Café Schiller aan het Rembrandtplein nog gesloten is, vinden we Jordy van Loon in het naastgelegen hotel. De ambiance ademt ook daar nog de sfeer van de jaren twintig en dertig. ‘Het Rembrandtplein met zijn artiestenbeurs was het hart van het culturele leven’, zegt Jordy, verwijzend naar de historische ontmoeting tussen Louis Davids en zijn tekstschrijver Jacques van Tol.
Jordy is samen met componist, tekstschrijver en producer Jan Zwarteveen druk bezig met de voorbereidingen voor hun nieuwe voorstelling ´De Grote Kleine Man´, die het leven van Louis Davids belicht. Hoewel het idee van Jan kwam, heeft de legendarische artiest al jaren een speciale plek in het leven van Jordy. ‘Davids is op een of andere manier altijd al aanwezig geweest’, vertelt hij.
Enkele jaren geleden nog, toen Jordy zou spelen in de jubileumvoorstelling van ‘De Jantjes’ in Carré. ‘Toen ik de setlijst kreeg en die ging uitpluizen, kwam ik natuurlijk heel veel liedjes van Louis Davids tegen. Wat een prachtige nummers, wat een oeuvre.’ Helaas moest deze concertserie geannuleerd worden vanwege corona.
Jordy’s eigen muzikale reis begon toen hij als kind beroemd werd met het hitje ‘Verliefdheid is een toverbal’. Dit bracht hem destijds al in contact met het repertoire van Nederlandse grootheden en via Wim Sonneveld kwam hij toen ook al in aanraking met het oeuvre van ‘De Grote Kleine Man’. Klassiekers als ‘Het Hondje van Dirkie’ en ‘Had je niet die mooie blauwe ogen’. ‘Ik ken ze van Sonneveld, maar dat zijn oorspronkelijk liedjes van Davids’, zegt Jordy.
De hoofdpersoon van de nieuwe voorstelling, kleinkunstenaar Louis Davids (1883-1939), is een van de succesvolste artiesten uit de eerste decennia van de twintigste eeuw. Hij werd geboren in een familie van straatarme variétéartiesten, werkte zich op tot revuester, cabaretier, filmacteur en theaterdirecteur. Een artiest die tot lang na zijn dood grote invloed had op andere artiesten.
Erkenning
De parallellen tussen Jordy en Davids zijn opmerkelijk. Beiden begonnen jong op het podium, groeiden op in een volkswijk en moesten vechten voor erkenning in de entertainmentwereld. ‘Dat vechten voor je plekje, om serieus genomen te worden, dat herken ik wel’, zegt Jordy. Hij voegt eraan toe dat hij, net als Davids, soms harder moet werken om mensen te overtuigen van zijn talent en veelzijdigheid.
De mensen blijven je associëren met het hitje van toen, zegt hij. ‘Ik moet soms twee stappen harder lopen om mensen te overtuigen dat ik meer ben dan ‘Verliefdheid is een toverbal’. Dus dat gevoel om altijd maar hogerop te willen, ken ik dus ook. Net als alles willen aanpakken om het beste bij jezelf naar boven te halen. De weg ernaartoe is vaak zwaar. Zo zal dat ook voor Davids geweest zijn.’
Wat een geweldig repertoire heeft die man gehad, zo rijk aan taal
Jordy van loon
Het idee voor de voorstelling ontstond tijdens een gesprek met Jan. ‘We zaten wat plaatjes te draaien bij hem thuis in het kantoortje. En toen hadden wij het over wat gaan we nou doen de aankomende tijd. Met wat zou je in het theater willen staan? Toen stelde hij eigenlijk Louis Davids voor en ben ik er ingedoken. Ik realiseerde me opnieuw wat voor een geweldig repertoire die man had. Zo rijk aan taal, hij heeft gewoon een geweldige carrière gehad.’
Jordy’s samenwerking met Jan is diep en persoonlijk. Ze kennen elkaar al jaren en hebben samen veel meegemaakt. ‘Hij kent mij als geen ander, weet wat mijn interesses zijn’, zegt Jordy. ‘Jan en zijn partner beschouw ik als mijn tweede ouders.’
‘Ik vond het vroeger altijd vreselijk als mensen dat zeiden’, vult hij aan. ‘Toen begreep ik dat ook nooit. Ik was jong en ik dacht, waar heb je het over? Ik heb toch al ouders? Maar ik ben als kind onder hun vleugels genomen en kreeg een platencontract aangeboden. Het is uitzonderlijk in dit vak dat partners zo lang met elkaar werken.’
Een unieke situatie in de showbusiness, meent Jordy. ‘Als ik bij Sony of Universal had getekend, dan had ik er na een jaar al uitgelegen. Want het succes was na ‘Toverbal’ al snel veel minder. Maar Jan en zijn partner hebben me nooit laten vallen, ook niet in mindere tijden. Ik ben artistiek gezien door hen opgevoed en opgeleid. Maar ook op persoonlijk vlak heb ik alles van Jan geleerd.’
Slangenkuil
Vanaf februari gaat de voorstelling draaien. De voorbereidingen zijn in volle gang. ‘Jan is al een heel stuk onderweg. Wij hebben er iedere week lange gesprekken over, meestal via de telefoon. En we zoeken elkaar natuurlijk ook wel een aantal keren in de maand op. Dan vraagt hij wat ik van een bepaald liedje vind. Hij is daarnaast druk met het schrijven van de verbindende teksten.’
Hun gezamenlijke project over Louis Davids is niet alleen een eerbetoon aan de legendarische artiest, maar ook een reflectie op Jordy’s eigen reis in de entertainmentwereld. ’Ik wil ook uitleggen hoe ik het vak sta en hoe ik de afgelopen jaren heb beleefd.’
De laatste jaren speelde Jordy in enkele musicals. Zoals in ‘Titanic’ en ‘Haal het doek maar op’. ‘Het is niet altijd een gemakkelijk vak’, zegt Jordy. ‘Het kan ook een slangenkuil zijn. Er zitten nare kanten aan, als iedereen zit te azen op hetzelfde baantje. Dat voelt natuurlijk niet prettig. Maar goed, dat geldt niet altijd hoor.’
Jordy probeert naar eigen zeggen vooral plezier uit het vak te halen, hij geniet van het maken. ‘Er komt binnenkort een nieuw plaatje uit. Dat heb ik dan toevallig zelf geschreven. Daar haal ik veel voldoening uit. En gelukkig zijn er ook heel veel leuke mensen. Mensen zoals Han Oldigs. Een acteur en een goede collega, waar ik een hele leuke tijd mee heb gehad in Titanic, dat was helemaal te gek. Hij gaat ons bijstaan in de voorbereiding van deze voorstelling.’
‘Zo kan ik aan de hand van Louis Davids ook mijn eigen reis aflopen. Weliswaar gaat dat van hem honderd jaar terug en dat van mij niet verder dan de afgelopen vijftien jaar. En natuurlijk was hij een groot artiest en sta ik nog maar aan het begin, toch voel ik die verbondenheid.’
De respons op de aankomende voorstelling is overweldigend, vertelt Jordy. ‘Ik krijg zoveel leuke berichten en zie nu al hoeveel mensen er weer geïnteresseerd zijn om die muziek te beluisteren’, zegt Jordy. Hij gelooft dat het publiek het repertoire van Davids opnieuw zal omarmen.
Ter afsluiting zegt Jordy: ‘Het chanson, daar ligt mijn hart. Het maken van een theaterprogramma en daarmee op tournee gaan, samen met Jan Zwarteveen, dat is een feestje. En als ik dan het leven van Davids bestudeer, denk ik: ik begrijp het allemaal wel. Ik snap het.’